Mengteelt onderdrukt plagen, vooral in de tropen
Dat is de uitkomst van een meta-analyse (1) van 44 veldstudies verspreid over zes continenten met kool, pompoen, katoen en ui. Deze vier gewassen werden als monocultuur vergeleken met een mengteelt met twee gewassen door elkaar. De onderzoekers screenden 35 soorten plant etende insecten. Naar eigen zeggen is dit onderzoek de grootste evaluatiestudie ooit naar het effect van mengteelt op plaaginsecten.
“Mengteelt blijkt altijd effectief tegen plagen, maar het varieert per insectensoort en hun plantvoorkeur”, zegt Philip Hahn, onderzoeksleider en entomoloog aan de University of Florida in een persbericht (2). Tevens hangt het af van het gewas. Zo heeft kool en pompoen meeste effect, en uien en katoen minste”.
Mengteelt kan eruit bestaan dat er langs de perceel randen een ander gewas wordt geplant om schadelijke insecten weg te houden uit het veld. Goede buren kunnen ook in het veld worden geplant om plaaginsecten te misleiden. Een bekende combinatie is mais, pompoen en bonen. Deze mengvorm maakt het lastig voor insecten m hun gastplant te vinden.
Het team ontdekte dat mengteelt vooral effectief is voor veel voorkomende plagen die teren op een scala aan verschillende planten. Meer gespecialiseerde insecten met voorkeur voor specifieke planten schrikken minder terug van andere plantensoorten in de buurt. Volgens de onderzoekers omdat die specialisten een lange geschiedenis van co-evolutie hebben met die doelplanten.
Uit de analyse volgt ook een geografisch patroon. “We vonden een sterker effect van mengteelt op plaaginsecten in tropische landbouwsystemen dan in meer gematigde streken”, zegt Hahn. “Reden is dat in de tropen het jaarrond veel meer insecten leven. Ondanks dat het effect minder groot is dan verwacht blijft mengteelt voor biologische boeren een effectief middel om plagen te bestrijden”.
1) https://besjournals.onlinelibrary.wiley.com/doi/epdf/10.1111/1365-2664.14382
Tekst: Peter de Jaeger
Freelance wetenschapsjournalist met interesse in ontwikkelingen in landbouw, natuur en milieu.
Beeld: Wobke van der Werf, WUR