De uitstoot van koolstof door meststoffen kan met 80 procent omlaag
Stikstof meststoffen zijn een bekende bron van broeikasgassen. Maar nog niet eerder is de totale bijdrage van productie tot toepassing in kaart gebracht. Uit een analyse van onderzoekers van Cambridge in Nature Food 1) blijkt dat dierlijke mest en kunstmest samen jaarlijks het equivalent van 2,7 gigaton koolstof uitstoten. Dat is vijf procent van het totaal aan broeikasgassen in de wereld en meer dan de luchtvaart en scheepvaart samen.
Een reductie van die uitstoot is dus zeer wenselijk. Temeer omdat de voedselvoorziening van circa de helft van de wereld bevolking afhankelijk is van kunstmest. En het aantal mensen dat niet zonder kan zal nog met een vijfde toenemen tegen 2050. Het team meent daarom dat een combinatie van technologische en politieke oplossingen nodig is om de uitstoot te minderen zonder de voedselzekerheid in gevaar te brengen.
Om emissies te kunnen verlagen dienen we eerst een beeld te hebben van de levenscyclus van deze meststoffen. Onbegrijpelijk, maar we weten niet eens hoeveel chemicaliën we wereldwijd produceren, waar ze terecht komen, hoe ze in de natuur opstapelen, hoeveel emissie ze produceren en hoeveel afval, zegt co-auteur André Cabrera Serrenho in een persbericht 2). Die ontbrekende informatie is door de groep wetenschappers voor het jaar 2019 op rij gezet voor negen regios in de wereld. Anders dan bij de meeste andere (chemische) producten ontstaat de meerderheid van de emissies bij meststoffen niet tijdens de productie, maar tijdens het gebruik. Zo blijkt tot hun verrassing uit de analyse.
De meeste emissies tijdens productie ontstaan bij de synthese van ammoniak. Het decarboniseren of ontkolen bij dat proces is de meest effectieve manier om die emissies te verlagen. Daarbovenop kunnen meststoffen gemengd worden met nitrificatie remmers die voorkomen dat bacteriën lachgas vormen. Maar dat maakt kunstmest duurder. Daar moet dan wel een beloning tegenover staan voor de boer die minder vervuilt, zegt Serrenho.
Nog effectiever is om simpelweg minder kunstmest te gebruiken. We gebruiken veel meer dan nodig is. Veruit het meeste spoelt weg en wordt niet door de gewassen opgenomen. Bij efficiëntere toepassing, zoals precisielandbouw, is minder nodig, reduceren we de emissies zonder de gewasopbrengsten te schaden. Alleen al het vervangen van ureum, meststof met de hoogste emissie, door ammoniumnitraat scheelt tot 30 procent aan emissies. Dat voordeel bestaat overigens alleen na ontkoling, dus verwijdering van CO2, tijdens het productieproces.
Er bestaat geen perfecte oplossing, zegt Serrenho. We moeten bedenken welke economische prikkels het beste werken. Misschien moeten we de boeren betalen om minder emissies te produceren of misschien moeten we meer uitgeven voor ons voedsel. We dienen de juiste mix te vinden van financiële, technologische en politieke oplossingen om de emissies te verlagen terwijl we de wereld blijven voeden.
1) https://www.nature.com
2) https://www.eurekalert.org
Beeld: Flickr