Archeologisch onderzoek zet Paleodieet op losse schroeven
Het paleodieet is bedacht in de jaren zeventig en heeft sindsdien een groeiende schare aanhangers gekregen. Volgens paleo-pionier Walter L. Voegtlin zouden we er goed aan doen de eetgewoonten van jager/verzamelaars aan te houden, omdat ons metabolisme en onze fysiologie vrijwel hetzelfde zijn gebleven als van onze voorouders. Sinds eind jaren negentig bepleiten ook verschillende diëtisten en artsen voor het dieet als remedie tegen welvaartsziekten. Hard bewijs voor deze gezondheidsclaims is echter nooit geleverd. Veel voedingsdeskundigen bestempelen het dieet dan ook als controversieel.
Tot nog toe was er weinig bekend over de eetgewoonten van jager/verzamelaars in het paleothicum, dat liep van 2,5 miljoen tot 10.000 jaar geleden. Archeologisch sporenonderzoek heeft laten zien dat ze in ieder geval vlees aten. Bewijs voor de consumptie van granen en knollen is er weinig. Althans, tot nu toe. Een groep onderzoekers van Cambridge University vond verkoolde voedselresten in twee grotten, belangrijke laat-paleolithische vindplaatsen in respectievelijk Griekenland en Iraaks Koerdistan. Het zijn de oudst gevonden resten ooit en ze beslaan een tijdspanne van ongeveer 60.000 jaar.
Culinaire complexiteit
Na analyse bleken deze onder andere te bestaan uit gestampte peulvruchten in combinatie met gekookt voedsel zoals brood en een soort pap. De veronderstelling dat onze voorouders geen granen, peulvruchten en andere koolhydraten aten, blijkt dus onjuist volgens de onderzoekers. Ook is er direct bewijs gevonden voor het gebruik van kruiden en sterke smaakstoffen, zoals wilde mosterd en pistache vermengd met peulvruchten. Het is voor het eerst dat deze mate van culinaire complexiteit is gevonden in het dieet van de jagers-verzamelaars.
Al met al brengen de verkoolde voedselresten de fundering van het paleodieet op zn minst flink aan het wankelen. Niet alleen is het bewijs geleverd dat granen en peulvruchten wel degelijk in het paleodieet thuishoren, maar bovendien is gebleken dat jager/verzamelaars oog hadden voor de culinaire kwaliteit van hun voedsel. Volgens een van de onderzoekers zijn deze vondsten slechts het begin van veel meer culinaire ontdekkingen.
Beeld: Shutterstock