Zeevoedsel heeft lagere voetafdruk dan vegaburger
In eerdere onderzoeken werd alleen gekeken naar de emissie van broeikasgassen van diverse vissoorten. Een groep Canadese en Zweedse onderzoekers heeft nu ook de voedingskwaliteit van tientallen soorten zeevoedsel meegenomen in de beoordeling om tot een soort totaalscore te komen. Van 41 soorten zeevoedsel hebben de onderzoekers de score bepaald van essentiële voedingsstoffen zoals vetten en vitamines. Bij de soorten zaten gekweekte en wild gevangen vis, schaaldieren, schelpdieren en cephalopoden, (ongewervelde koppotigen) zoals inktvis. Het team zette de voedingswaarde van deze soorten af tegen de emissies die vrijkomen bij de vangst en verwerking. Transport werd buiten beschouwing gelaten.
Wild gevangen zalm, haring en makreel plus gekweekte schelpdieren zijn de beste keuze als je hoge eiwitgehaltes paart aan een lage uitstoot van broeikasgassen. Witvis zoals kabeljauw heeft weliswaar een lagere klimaatimpact, maar heeft ook een lagere voedingswaarde. Het slechtst scoren schaaldieren, zoals gekweekte gambas. Bij de teelt en verwerking ervan komt volgens de studie net zoveel CO2 bij vrij als bij de productie van rundvlees. Bovendien is de teelt funest voor biodiversiteit, omdat er mangrovebossen voor worden gekapt. Ook tilapia en meerval bungelen qua klimaatimpact ergens onderaan.
Voedselweb
Volgens Geert Hoekstra, economisch onderzoeker seafood bij Wageningen Economic Research wordt in Nederland vooral zalm, tonijn en kabeljauw gegeten. Dat zijn predatoren die hoog in het voedselweb staan, maar het minst zijn vertegenwoordigd in de natuur. Voor zalm is dat opgelost door ze massaal te kweken in Noorwegen en Schotland. Toch zouden we beter de soorten kunnen oogsten die lager in de voedselketen staan en veel talrijker zijn.
Kottervissers in de Noordzee vangen nu vooral bodemdieren als schol en tong. Dat type visserij verstoort het bodemleven, vergt veel energie en heeft veel bijvangst. Het zou beter voor het milieu om pelagische soorten te benutten die hoger in de waterkolom zwemmen. Haring, makreel en horsmakreel zitten dicht onder het wateroppervlak in dichte scholen bij elkaar, waardoor er vrijwel geen bijvangst is. Hoekstra: Daar komt bij dat die vissoorten nauwelijks verwerking behoeven. Ze worden niet gefileerd, gepaneerd of in blik gestopt. Heel efficiënt qua energie en emissies. En deze vette vissen zijn supergezond.
Wijting als vleesvervanger
Consumptie van haring en makreel brengen per kilo vis minder CO2 in de lucht dan vegetarische hamburgers of tofu. Mosselen komen nog klimaatvriendelijker uit de bus, zegt Hoekstra. De schelpdieren bevatten ook veel vitamine B12 en zijn daarom ook om gezondheidsredenen een goede vleesvervanger. Een goed alternatief is ook wijting, zeker als vervanger van kabeljauw, waarvan het bestand kwetsbaar is. Hoekstra: Die witvis staat er zeer sterk voor, maar wordt jammer genoeg ondergewaardeerd. Hij doet vaak nog geen euro de kilo op de veiling, maar is zeer smaakvol en duurzaam. Zonde dat we die te weinig eten.
Wereldwijd wordt de bedreigde kabeljauw overigens vooral vervangen door Alaska koolvis (pollak). Die wordt veelal gevangen in de Stille Oceaan voor de kust van Noord-Amerika, vervolgens in China, de VS en Rusland verwerkt en als ingevroren blokken naar Europa gevlogen. Bij ons worden er kibbeling en lekkerbekjes van gebakken. Het is een handig product voor de visdetaillist dat in grote volumes beschikbaar is, erkent Hoekstra. Toch ziet hij als visliefhebber liever wijting of schar als alternatief. Er is een mismatch tussen wat lokaal beschikbaar is en wat wij als consument eten. Als we daar meer bewust van zouden worden dan voorkom je al veel onnodige emissies.
Foto: Verse blauwe wijting, Luis Miguel Bugallo Sanchez, CC BY-SA 2.5 es