Vraag naar voedsel stijgt minder snel dan verwacht
Ondanks de forse groei van het voedselaanbod sinds de jaren zestig, blijft het een uitdaging om de groeiende wereldbevolking eten te geven en honger uit te roeien. Wetenschappers gebruiken meestal globale scenarios en projecties om de voedselzekerheid op lange termijn te bepalen. Verschillen in modellen en onderliggende aannames geven echter verschillende uitkomsten.
Plausibele toekomstbeelden
Om die onzekerheid weg te nemen hebben onderzoekers van het Oostenrijk gevestigde International Institute for Applied Systems Analysis (IIASA) een systematische literatuurstudie gedaan, gericht op twee indicatoren: De vraag naar voedsel en de bijhorende invloed ervan op landgebruik, biodiversiteit en klimaatverandering en de omvang van de populatie die risico loopt op honger lijden.
We wilden zowel de toekomstige voedselvraag bepalen als het aantal mensen dat in 2050 nog kampt met te weinig eten, zegt eerste auteur Michiel van Dijk, ook verbonden aan Wageningen UR, in een persbericht. Om die vraag te beantwoorden hebben we 57 studies tussen 2000 en 2018 geanalyseerd op gebruikte methoden, indicatoren en projecties. Na harmonisatie leverde dat vijf zeer uiteenlopende, maar wel plausibele socio-economische toekomstbeelden op: scenarios voor duurzame ontwikkeling, business-as-usual, verdeelde wereld, ongelijkheid en gangbare ontwikkeling.
Meer plantaardig
De onderzoekers komen uit op een groei van de voedselvraag die ligt tussen de 35 en 56 procent over de periode 2010-2050. Die toenemende vraag wordt met name veroorzaakt door meer mensen op aarde, economische ontwikkeling en verstedelijking, maar is opvallend veel minder dan in de vaak geciteerde studie van David Tilman en anderen uit 2011, die uitkwamen op een verdubbeling.
Volgens de onderzoekers van IIASA-studie wordt het verschil voor een deel veroorzaakt door een ander referentiejaar, 2010 in plaats van 2005. Belangrijker is dat de nieuwe meta-analyse uitgaat van duurzame ontwikkeling, waarbij rekening houdend met ecologische principes, oogstverliezen en verspilling worden beperkt en het menu van de wereldbevolking verschuift in de richting van meer plantaardig.
Zero hunger
In de studie is ook gekeken naar het aantal mensen in de verschillende scenarios dat nog honger lijdt in 2050. In de meest negatieve scenarios groeit die populatie met acht procent. Dat betekent dat een van de belangrijkste doelen voor duurzame ontwikkeling (SDGs) van de Verenigde Naties zero hunger, voedselzekerheid voor iedereen- niet wordt gehaald. Om dat te voorkomen vragen de onderzoekers om beleidsmakers proactief maatregelen te nemen, zoals stimuleren van inclusieve groei.
Onze studie kan bijdragen aan het debat over het te volgen voedselbeleid. Er is een grotere keus dan die tussen voortgaan met gangbare landbouw en biologische landbouw. We moeten meerdere alternatieve scenarios evalueren op hun gevolgen, zegt mede-auteur Yashar Saghai van de TU Twente.
Nederland leidend
De stijgende vraag naar voedsel, hoewel minder hoog dan eerst voorzien, kan toch negatieve effecten hebben op het milieu en leiden tot verlies van biodiversiteit. Om die gevolgen te beperken kan de voedselproductie het beste toenemen in daarvoor geschikte gebieden. Saghai zegt desgevraagd: De studie geeft niet aan waar dat het beste kan. Maar Nederland beschikt in elk geval over de capaciteit en knowhow om leider te worden in duurzame intensivering, agro-ecologie en circulaire landbouw.
Beeld: Focolare