Fosfaatcrisis? Welke crisis?
Het onderzoek waarop het artikel in The Guardian is gebaseerd werd uitgevoerd door een drietal medewerkers van het Britse Rothamsted Research. Dat is ook het instituut waar John Bennett Lawes in 1842 de eerste fosfaatkunstmest produceerde. Door botten van dieren op te lossen in zwaveligzuur maakte hij superfosfaat, een chemische meststof die een instant succes was. Er waren veel te weinig dierlijke botten om in de vraag te voorzien en op een gegeven moment raakte ook de vogelpoep (guano) op.
Gelukkig kun je fosfaat ook winnen uit fosfaaterts, dat op veel plaatsen in de wereld voorkomt. De grootste voorraden bevinden zich in Marokko en de Westelijke Sahara, maar ook in Algerije, Syrië, Verenigde Staten, China en Rusland zijn er grote voorraden. In de EU beschikt alleen Finland over substantiële voorraden. Wereldwijd zouden de fosfaatreserves volgens de onderzoekers van Rothamsted nog voldoende zijn voor 259 jaar. Daarbij houden ze er geen rekening mee dat ertsvoorraden mijnbouwkundig gezien zelden of nooit op raken. Naarmate de prijs stijgt, neemt de reservevoorraad toe.
Geopolitiek
In het onderzoek zelf wordt de fosfaatsoep dan ook een stuk minder heet gegeten dan in het artikel in The Guardian. Volgens Martin Blackwell, een van de Rothamsted-onderzoekers, is het fosfaattekort geen onmiddellijk, maar wel een potentieel probleem. Hoewel de voorraden ruim toereikend zijn voor een paar honderd jaar, neemt de kans op een tekort toe, doordat de meeste fosfaaterts zich in niet al te stabiele regios bevindt, zoals Noord-Afrika en het Midden-Oosten. Bovendien raken China, India en de Verenigde Staten - bij elkaar goed voor 40 procent van de wereldbevolking - met respectievelijk 23, 27 en 39 jaar, snel door hun voorraden heen.
Het is dus wat overdreven om te spreken van een dreigend tekort aan fosfaat als bedreiging van de voedselzekerheid. De komende paar honderd jaar is het vooral een geopolitiek vraagstuk. Hier en daar bestaat de vrees voor een herhaling van de guano oorlog, die halverwege de 19e eeuw werd gevoerd voor de kust van Zuid-Amerika, maar de kans dat fosfaaterts een casus belli wordt, lijkt betrekkelijk gering. Voorlopig is er genoeg voorraad en, belangrijker nog, we kunnen er ook een stuk zuiniger mee omspringen dan we nu doen, blijkt uit recent gepubliceerd onderzoek van David Vaccari en collegas van Amerikaanse Stevens Institute of Technology.
Stroomschema
Vaccari en collegas brachten de fosfaatstromen in kaart vanaf de winning van fosfaaterts tot en met de lozing van (gezuiverd) afvalwater en de stort van zuiveringsslib en alles wat er tussen zit aan teelt en consumptie van gewassen door mens en dier. Het stroomschema biedt als het ware een cijfermatige beschrijving van de wereldwijde kringloop van fosfaat. Bovendien laat het stroomschema zien waar de knoppen zitten, waar je aan kunt draaien om de verspilling van fosfaat tegen te gaan. Een meer publieksvriendelijke versie van het onderzoeksverslag, zij het met een wat merkwaardige kop, vind je hier.
Lekkage
Wat het verhaal ook duidelijk maakt, is dat de lokale kringloop van fosfaat, die de minister zo graag wil sluiten, onlosmakelijk verbonden zijn met die wereldwijde kringloop. Fosfaat is overal verspreid, zegt Vaccari, en we springen er ook niet erg zuinig mee om. De wereldwijde kringloop lekt behoorlijk. Om te beginnen zijn er de verliezen tijdens de teelt. Minder dan de helft van het fosfaat dat met dierlijke mest of kunstmest wordt opgebracht bereikt de wortels van de plant. Wat niet wordt opgenomen, wordt opgeslagen in de bodem of spoelt uit naar grond- en oppervlaktewater en zorgt daar voor overmatige algengroei.
Van de gewassen, die zijn geproduceerd, gaat nog eens een derde verloren door oogstverliezen en verliezen verderop in de keten - tot en met de keuken. Waar fosfaat in veevoer gedeeltelijk wordt hergebruikt door gebruik van dierlijke mest, geldt dat niet voor fosfaat in menselijke feces. Dat wordt, al dan niet na zuivering van rioolwater, afgevoerd naar zee of verbrand.
Draaiknoppen
Een van de knoppen waar je volgens Vaccari aan kunt draaien is de hoeveelheid en het soort vlees dat we eten. Voor rundvlees is het meeste fosfaat nodig, voor kippenvlees, melk en eieren het minst als we kijken naar de hoeveelheid voer per kilo product. Wel is zo dat er een optimum in zit. Als we veel minder vlees eten, neemt de behoefte aan fosfaaterts weer toe, omdat er dan meer plantaardige voedsel wordt gegeten.
Andere knoppen waar je aan kunt draaien zijn het efficiënter benutten van fosfaat, bijvoorbeeld door meer en beter onderzoek naar de fosfaatbehoefte van het gewas, het tegengaan van voedselverspilling en het terugwinnen van fosfaat. Het blijkt overigens dat verminderen van verspilling veel en veel efficiënter is dan het hergebruik van fosfaat, inclusief de terugwinning ervan uit rioolwater. Maar waarom zou je niet allebei doen. Als we 100 procent van het fosfaat uit menselijke feces zouden hergebruiken, daalt de behoefte aan fosfaaterts met 16 procent.
Crisis?
Vaccari en collegas hebben ook uitgerekend wat het gevolg zou zijn voor de voedselzekerheid als er helemaal geen fosfaaterts meer zou worden gewonnen. In dat geval is er een hoeveelheid fosfaat beschikbaar waarmee je slechts een derde van de huidige wereldbevolking van voldoende voedsel kunt voorzien. Als we daarentegen de fosfaatstromen optimaal beheren door alle knoppen in het schema in de goede stand te zetten, kunnen we ongeveer twee keer de huidige wereldbevolking van voldoende voedsel voorzien, zonder de voorraden fosfaaterts aan te spreken. Van een crisis lijkt kortom geen sprake; door efficiënter (her)gebruik van fosfaat, kunnen we tot in lengte van jaren vooruit.
Een mening over dit artikel? Reageer op onze Twitter, Facebook, Instagram of LinkedIn. Een opinieartikel is ook van harte welkom. Mail dan even met de redactie (redactie@vork.org). Geïnteresseerd in de andere artikelen van VORK? Word abonnee, vraag een gratis proefnummer aan en schrijf je in voor de tweewekelijkse Vork-nieuwsbrief. Student? Wellicht is het speciale studentenabonnement dan iets voor jou.
Tekst: Joost van Kasteren Beeld:Jason Parker Burlingham, Creative commons.