Kweekvlees achter de tralies van novel food-wetgeving
uit VORK, tweede editie (juni), jaargang 2018
Ik heb Carla Dik-Faber (Tweede Kamerlid ChristenUnie, red.) verteld wat kweekvlees is. Ik kan me niet voorstellen dat een gelovig mens hier tegen is. We gebruiken de natuur al eeuwen. Er is geen koe die níét door ons is gemaakt. Als iedereen die kunstmatig insemineert gaat staken, hebben we geen vlees meer. We maken dus al heel lang kweekvlees; superefficiënt en langs de randen van wat mogelijk en veilig is, maar wel op een verkeerde manier.
De aftrap van Ira van Eelen is strijdvaardig en gepassioneerd. Als dochter van kweekvleesuitvinder Willem van Eelen is ze de gedroomde pleitbezorger van vlees op basis van stamcellenkweek. Toch was ze er een paar jaar geleden helemaal klaar mee. Met het overlijden van haar vader op 92-jarige leeftijd in 2015, sloeg ook zij het kweekvleesboek dicht. De moeite die het kostte om zijn ideaal te verwezenlijken, de obstructies, het onbegrip, de emoties en de discussies hadden de nodige tol van Ira geëist: Het ging allemaal zó traag dat ik met hém het hele idee voor mezelf begraven had.
Willem van Eelen maakte in 2013 nog wel de presentatie mee van de kweekvleeshamburger van 250.000 dollar, die door cardioloog Mark Post in Londen werd gepresenteerd. Hij zag het als een mijlpaal, maar had ook kritiek: Was het nu nodig zoveel geld uit te geven aan een stunt, was het niet beter geweest dat geld te besteden aan fundamenteel onderzoek?
De stunt was niettemin een eclatant succes. Het leidde er indirect toe dat Ira in augustus vorig jaar toetrad tot de advisory board van Just (voorheen Hampton Creek) in San Francisco. Het bedrijf wil nog dit jaar, onder de merknaam Just Clean Meat, gekweekte eendenlever op de Aziatische markt introduceren.
Jappenkamp
De droom van Willem van Eelen komt alsnog uit. De droom die begon als een nachtmerrie in verschillende Jappenkampen in Indonesië waar hij tijdens de Tweede Wereldoorlog geïnterneerd was. Honger was daar het hoofditem. Tijdens zijn detentie stelde de jonge Willem zich, bij alles wat hij zag, de vraag: kun je het ook eten? Die vraag bleef hem zijn verdere leven achtervolgen.
Willem van Eelen studeerde na de oorlog (1948) medicijnen en psychologie in Amsterdam. Tijdens een rondleiding in de VU zag hij in een van de labs een dierlijke hartspier die buiten het karkas in leven werd gehouden. Willem dacht als dit kan, kun je ook vlees kweken. Hij had dezelfde associatie bij de kweek van huidweefsel op basis van stamcellen, bestemd voor brandwondenslachtoffers.
Na zijn studies ging hij een heel andere kant op. Hij werd bedrijfsadviseur en trouwde een creatieve vrouw met wie hij horecabedrijven renoveerde en exploiteerde. Toen zijn vrouw in 1975 aan kanker overleed, had dat zon impact op Willem dat hij zich obsessief vastbeet in gezondheidsonderwerpen en kankeronderzoek. Hij kwam daarbij opnieuw in aanraking met stamcelonderzoek en de mogelijkheden om vlees te kweken. Ira: Door zijn doorzettingsvermogen, charme en passie wist hij mensen aan zich te binden die mee wilden denken over het omzetten van de medische techniek naar een consumptieve, om zo in vitro-vlees te maken.
Om investeerders te interesseren patenteerde Van Eelen zijn vinding. En het werkte. De overheid subsidieerde in 2000 een In Vitro Meat-consortium van drie universiteiten (Amsterdam, Utrecht en Eindhoven) en slager Stegeman met 2 miljoen euro voor onderzoek naar kweekvlees. Er waren drie onderzoeksopdrachten: over de voedingsbodem, het kweken en over de sociale acceptatie. Lopende het onderzoeken kwam Mark Post bij het team.
Wat een doorbraak had moeten zijn leverde Willem van Eelen vooral frustratie op. Hij stelde achteraf vast dat hooguit 10 procent van de subsidie daadwerkelijk aan het ontwikkeling van kweekvlees werd besteed. De universiteiten gebruikten het geld vooral om onderzoeksafdelingen gaande te houden. Van Eelen had op voorhand 2.000 kilo kweekvlees aan supermarktketen Albert Heijn verkocht, maar kon dus niet leveren. Daarna veranderde het subsidielandschap. De overheid heeft sinds 2000 niet meer op kweekvlees ingezet, aldus Ira van Eelen.
Godfather
Haar vader richtte ten einde raad zijn blik op Amerika en verkocht zijn patenten aan entrepreneur John Vein. Die slaagde er niet in investeringspartners te vinden. Uiteindelijk was het Post die in 2013 de wereld verraste met zijn onbetaalbare hamburger van kweekvlees. Het was een keerpunt. Intussen zijn er ook in Amerika, Israël en Zweden serieuze kweekvleesinitiatieven.
Vorige zomer kreeg Ira van Eelen een telefoontje van Josh Tetrick, CEO van Just in San Francisco, specialist in de productie en ontwikkeling van veganistische etenswaren waaronder ei-vrije mayonaise (Just Mayo). Tetrick, inmiddels in het bezit van de oorspronkelijke patenten van Willem van Eelen, wilde meer weten over de Godfather of In Vitro Meat. Ira werd uitgenodigd in San Francisco en werd niet in het lab onthaald, maar in een keuken waar topkok Thomas Bowman clean meat (zo heet kweekvlees in de VS) serveerde in de vorm van pastasaus, eendenlever, chorizo en kipnuggets. Ik moest lachen en huilen tegelijk. Dit was wat mijn vader er zich altijd van had voorgesteld.
Het bijzondere van Just is volgens Ira dat het een foodbedrijf is. Andere kweekvlees-startups hebben vooral een medische achtergrond. Just is een controversieel bedrijf (opgeklopte verkoopcijfers, veel directiewisselingen) maar niettemin wel in de picture.
Parma
Ik sta te juichen als er in een supermarkt in Singapore de eerste pastasaus met kweekvlees ligt, maar ook te vloeken en te zuchten bij de gedachte dat het product bij Albert Heijn had moeten liggen. Ira van Eelen zegt dat haar uit gesprekken met VWS en WUR (Wageningen Universiteit & Research) duidelijk is geworden dat je voor een vlotte introductie van nieuwe voedingsmiddelen niet in Europa moet zijn.
Voor de oorzaak daarvan moeten we naar het Italiaanse Parma. De plaats waar miljoenen varkens van her en der worden aangevoerd voor de slacht, omdat ze anders niet als Parmaham over de toonbank kunnen gaan. Het is een bizarre plek voor een innovatiekantoor voor voedsel. Ze doelt op het hoofdkantoor van de EFSA (European Food Safety Authority) dat de nieuwe voedingsproducten aan de novel food-gezondheidsrichtlijnen van de EU toetst. Kweekvlees is zon novel food. Volgens Iras informatie duurt het onderzoek drie tot vijf jaar. Een bedrijf dat de (verplichte) aanvraag doet, moet verder rekenen op tussen de 3 en 5 miljoen euro aan kosten.
Kortom, de novel food-wetgeving zou innovatie en economische ontwikkeling tegenwerken. De kosten zijn bovendien niet op te brengen voor startups. Ira van Eelen vindt dat de Nederlandse overheid de productie van kweekvlees niet uitsluitend aan startups had moeten overlaten, maar er een speerpunt van had moeten maken. Het is immers een oplossing voor de uitwassen van de bio-industrie: mestoverschot, uitstoot, teruglopende biodiversiteit, dierenleed, (geur)overlast en schandalen. We roepen heel hard: Nederland doet het hartstikke goed met groene eiwittransitie en zo. Maar er is afgelopen jaar méér vlees gegeten dan het jaar daarvoor. Er wordt niets gedaan aan het verminderen van de bio-industrie en uiteindelijk belanden we met het kweekvlees achter de tralies van de novel food-wetgeving.
Kweekvlees is volgens haar ook dé oplossing voor boeren die het in het gangbare systeem niet meer redden. Boeren zijn buitengewoon goed opgeleid en hebben ervaring met het kweken en beheren en monitoren van groeiprocessen. Kweekvlees is een vervolg op wat ze eeuwenlang gedaan hebben. Ik wil hier graag met boeren over praten. Je kunt met evenveel passie vlees kweken buiten de dieren om.
Experiment
Ira van Eelen is niet te spreken over het feit dat de Nederlandse overheid geen ontheffing wil geven voor markt-experimenten met het vlees. Een poging om in restaurant Lab-44 in Zaandam proefgerechten te bereiden met een ingevlogen voorraadje proefkweekvlees van Just, werd door de NVWA (Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit) verijdeld, omdat het product niet is getoetst aan de novel food-wetgeving. Just, dat volgens Ira 30 miljoen euro in Nederland wil investeren, kiest nu dus Singapore voor een snelle marktintroductie van kweekvlees. Daarmee is de kans dat er binnenkort kweekvlees in de Nederlandse supermarkt ligt verdwenen. Of toch niet helemaal? Koert van Mensvoort van het futuristenplatform Next Nature Network lanceerde eind mei tijdens een bijeenkomst in NEMO in Amsterdam, een petitie om kleinschalige gecontroleerde proeverijen met kweekvlees toe te staan. Het streven is om de regering 30.000 handtekeningen te overhandigen in de hoop dat dat voldoende is om de regering overstag te laten gaan.
Een mening over dit artikel? Reageer op onze Twitter, Facebook, Instagram en LinkedIn. Een opinieartikel is ook van harte welkom. Mail dan even met de redactie (redactie@agrio.org). Geïnteresseerd in de andere artikelen van VORK? Word abonnee of vraag een gratis proefnummer aan.
Tekst: Waldemar Ysebaert Beeld: EFSA